Nina Canell (SE)

Nina Canell - Otic Pit (2019)
Delirious (2019)
Fotografie Gert Jan van Rooij

Nina Canell - Otic Pit (2019)

Nina Canell (1979, Zweden) werkt met sculptuur, of eigenlijk, met een concept van sculptuur, dat tot ver buiten de kaders van traditionele opvattingen ervan reikt. Zo kan een kunstwerk bestaan uit cementzand dat langzaam water opneemt en daardoor hard wordt. Of uit een uitgespuugde kauwgom met ernaast een exacte replica ervan in beton. Canell wil onopvallende of onzichtbare processen, en hoe deze materie van vorm doen veranderen, zichtbaar maken.

Sommige processen gaan snel, andere zijn voor de éénmalige bezoeker niet waarneembaar. Zoals het geval bij de hompen gom die Canell al verschillende keren op aan de muur bevestigde plankjes legde, op zo’n manier dat de substantie net buiten de randen uitstak. Héél traag dijde de gom uit tot er uiteindelijk stukken op de grond vielen. Bezoekers zullen het werk ervaren hebben als statisch, tenzij ze nog eens terug zijn gekomen en konden constateren dat het was veranderd.
Hier zorgde de zwaartekracht voor de transformatie van objecten maar meestal gebeurt het door een door de kunstenaar in gang gezet proces. Door materiële vormen met immateriële krachten te combineren, bijvoorbeeld elektrisering of verwarming van hout, koper, kunststof of glas, ontstaan chemische of natuurkundige processen die materie doen bewegen of van vorm doen veranderen.

Canell toonde eens een houten stokje, met twee spijkers aan de uiteinden vastgezet in de museummuur, en liet er stroom doorheen lopen. Op het hout verscheen een zwarte streep, een zichtbaar spoor van de onzichtbare elektriciteit. De schijnbare onzichtbaarheid van elektriciteit en ook van het internet is een terugkerend onderwerp in Canells oeuvre. Ze geeft er fysiek gestalte aan in de vorm van talloze stukjes afgehakte, losgetrokken glasvezel- en elektriciteitskabels in verschillende lengtes en diktes, de bonte verzameling gekleurde inwendige draadjes duidelijk zichtbaar - allemaal prachtig tentoongesteld op typische witte museumsokkels, als ‘traditionele’ sculpturen.

Voor DELIRIOUS maakte Canell ook iets zichtbaar wat normaal verborgen is: de cochlea, beter bekend als slakkenhuis. Dit menselijke gehoororgaantje, dat verantwoordelijk is voor de omzetting van geluidsgolven in elektrische zenuwsignalen, reproduceerde ze tot een subtiele sculptuur, gegoten in een blauw-zwart mengsel van basalt, beton en pigment. Canell koos bewust een locatie uit waar er relatief veel geluid waarneembaar is in het doorgaans erg stille park; bij een ven aan de rand van De Oude Warande, waar je het continue gekwaak van kikkers en het voorbijrazen van treinen hoorde.